Oman
In Zeeland kijkt mijn vriendelijke buurman Fred mij enigszins geschrokken aan als ik hem vertel binnenkort te vertrekken naar Oman. ‘Is dat wel veilig’ vraagt hij enigszins bezorgd. Het is jammer wanneer er over zo'n uniek land, dat ook nog eens als één van de veiligste ter wereld bekend staat, dergelijke vooroordelen bestaan. Ik ga er juist naar toe om op zoek te gaan naar openstaande deuren voor een kop thee en mooie verhalen. Op reis uitgenodigd worden bij mensen thuis en zo een inkijkje in hun dagelijks leven krijgen, zijn de unieke momenten van een reis voor mij. Ondanks de eerste berichten over een virsus uit China boek ik mijn tickets Amsterdam-Istanbul-Muscat. In Oman ga ik Muscat, Nizwa, Jebel Shams, Ras Al Jinz, Sur en Wadi Shab ontdekken.
"Langzaam verplaatsen we ons door het stadje Nizwa. Cantor, een oude man die ik zo net bij het Fort van Nizwa heb ontmoet en wiens taal ik niet spreek, en ik. Wat nu precies de bedoeling is weet ik niet en al helemaal weet ik niet waar we naar toe gaan, maar in zijn tempo zal het vast niet ver zijn. We stoppen voor een huis met een prachtige hoge houten voordeur. Ik volg Cantor naar binnen. Op de grond van de eveneens hoge hal staat een schaal met thee en fruit klaar. Hij overhandigt mij een dadel en schenkt thee in. Cantor schilt zorgzaam een peertje voor mij. Wat voel ik mij welkom in zijn land Oman."
zondag 1 en maandag 2 maart 2020 – Amsterdam/Muscat
Om 7:00 landt het vliegtuig van Turkish airways in Muscat, de hoofdstad van Oman. Een land in het Midden-Oosten dat wordt omsloten door de Verenigde Arabische Emiraten, Saoedi-Arabië, Jemen en de Arabische zee. Ondanks de wintertijd staat de zon al volop aan zodra ik uit het vliegstap stap. Ik had al gelezen dat het klimaat er in maart heerlijk is. De voorspelling voor deze week ligt tussen de 25 en 30 graden. Mijn favoriete temperaturen. Een goede periode dus voor mij om door Oman te reizen. Al gauw zal de zomer zich aandienen en het een stuk heter gaan worden.
In de rij voor de douane kom ik in gesprek met twee oude mensen van beiden 77 jaar die in Duitsland wonen. Zij komen regelmatig in Oman en huren dan een 4x4 waarin ze ook slapen. Ze vertellen enthousiast dat Oman zo veilig is en dat je met je auto op een strand mag parkeren om de nacht door te brengen en de vele sterren te bewonderen. Dat is in Zeeland waar ik woon wel anders. Daar is het zelfs verboden op de parkeerplaats van je eigen huis mensen te laten slapen in hun camper. Deze mensen houden zo van deze vrijheid die Oman hen biedt. Deze twee avontuurlijke ouderen zijn mijn grote voorbeeld om gelukkig oud te worden.
Gezien de wegen over het algemeen goed begaanbaar zijn in Oman heb ik geen 4x4 gehuurd bij Budget waar ik de auto ga ophalen. Het geld dat ik daarmee bespaar, kan in Oman zeker aan iets leukers besteed worden.
Ook ben ik de eerste dagen wat minder avontuurlijk wat het overnachten betreft. Ik verblijf ik in het Levatio hotel in Muscat. Een prima hotel met zwembad en een mooie kamer. Het blijkt echter niet heel handig te liggen. Muscat is zo groot, dus een betere voorbereiding op een hotel in Muscat is wel aan te raden.
Na wat bijslapen vertrek ik naar Muttrah (ook wel Matrah genoemd), het hart van Muscat. Doordat in deze stad de grootste zeehaven van de regio is gevestigd, is het een centrum van handel. De sfeervolle restaurants zijn er echter niet voor het uitkiezen maar het Royal House met de rode bankjes op het terras, de parasols en het vele groen en kleurrijke bloemen, ziet er uitnodigend uit. De falafel, die afgewisseld met komkommer en wortel, rondom de humus ligt, het naanbrood en verse fruitsappen worden geserveerd met een glimlach, die oprecht voelt. Het eten is er heerlijk. In dit restaurant ga ik zeker terugkomen.
Mijn klim naar het fort, waarbij ik vergezeld wordt door de vele meeuwen, is meer dan de moeite waard. Boven op de berg ontmoet ik er Maha Alalawi. Een vrouw met een mooi gezicht en verder van top tot teen gekleed in het zwart. Ze vindt het goed als ik een paar foto’s van haar maak terwijl ze geniet van het prachtige uitzicht op het havenstadje dat onder ons ligt.
Na een wandeling op de boulevard waar ik gouden tempeltjes, mannen in het wit en vrouwen in het zwart passeer is het tijd voor het diner. In het restaurant van mijn hotel raak ik die avond in gesprek met Fransman Kim. Hij verteld enthousiast over Oman en haar inwoners. Zelf voelt hij zich als een zigeuner die bij voorkeur geen eigen huis heeft. Kim woont liever overal en nergens, maar heeft wel een gezin in Parijs en een bedrijf in Oman. Hij verteld dat de Omani heel vriendelijk zijn en niet van conflicten houden. Dit blijkt ook uit de neutrale rol die Oman regelmatig speelt in de conflicten tussen de omringende landen. Zo is het verboden te discrimineren bijvoorbeeld wat religie en homoseksualiteit betreft. Je mag hier staken voor meer inkomen maar discrimineren over eerder genoemde onderwerpen zeker niet. Kim laat mij ook graag weten hoe ik moet relaxen. “It is good to touch the earth with your bare feet and live very consciously in the moment”. Ik neem zijn woorden graag verder mee op reis.
3 maart - Muscat
Op de tweede dag in Muscat, wordt er op de hotelkamerdeur geklopt. Het kamermeisje dat er staat als ik deze open, wil weten of de kamer nog schoongemaakt moet worden. Ik vraag mij af waarom dit om 7:00 zou moeten. Het blijkt echter 11:30 uur te zijn, dus de gemiste slaap van de afgelopen nachten is wel ingehaald. Zonder ontbijt vertrek ik die ochtend richting Quantab waar Extra Divers zit, die Kim mij heeft aangeraden. Op het stand passeer ik de witte visserbootjes vol met hun handelswaar. De meeuwen vliegen er met grote aantallen boven en zien regelmatig hun kans schoon iets van de opbrengst van de vissers mee te pikken.
Helaas zijn de Daymaniyat eilanden, een natuurreservaat in het noorden van Oman met een van de beste duikspots, te ver voor deze duikschool. Het fijne is wel dat ik wel gelijk mee aan boord kan. Ondanks de padi in mijn rugzak kies ik voor een snorkeltocht. En de Daymaniyat eilanden staan alvast genoteerd voor mijn volgende reis aan Oman. Ik weet namelijk nu al er ooit terug te keren. Er zijn gelukkig biscuitjes aan boord die ik dankbaar aanneem. Op de boot zit nog een Engels stel dat gaat duiken. Alle ruimte aan boord verder. Het corona virus dat de wereld momenteel bezig houdt zorgt ervoor dat je het gevoel krijgt een van de weinige toeristen in het land te zijn.
Ondanks dat het door de best hoge golven met mijn snorkelset niet makkelijk gaat, zie ik wel hele mooie vissen voorbij komen. Het is ook een geweldige ervaring om midden in een school visjes terecht te komen. Ook een kleine schildpad wordt nog gespot. Op de boot die behoorlijk snel gaat, is het op de terugweg heerlijk. Na een douche bij de duikschool rij ik richting Muttrah om daar weer in het knusse Royal House restaurant te eten.
Onderweg spot ik een drietal Omaanse mannen langs de kant van de weg die aan het fotograferen zijn. Ze zien er fotogeniek uit in hun witte dishdasha gewaden en kumah op hun hoofd, de traditionele kleding voor de Omaanse man. Het late avondlicht is zacht en kleurrijk met de ondergaande zon die langzaam in de bergen aan het verdwijnen is. Het perfecte moment voor een foto en gelukkig staan twee van de mannen graag model voor mij. En natuurlijk zeg ik op mijn beurt ja als zij vragen of ik ook wat foto’s van hen wil maken op hun telefoon. Ik noteer de gegevens van Shathan Saif, één van de mannen, om later de foto’s toe te sturen. Enthousiast zwaai ik de goedlachse mannen gedag als ik weer verder rij terwijl de zon steeds verder de bergen inzakt. Als deze zo goed als onder is, zie ik nog een stel op een groen, paars kleed zitten. Het vuur in de schaal die wat verderop staat, zorgt voor een sfeervolle aanblik. De knappe, jonge vrouw in haar zwarte jurk met roze bloemen zit op een knal roze stoel en heeft een roze waterpijp in haar hand. De man kijkt haar verliefd aan. Ze beantwoord zijn blik met een ontdeugende glimlach. De twee bieden mij een kop thee aan, die ik graag van ze aanneem. Het is gelukkig geen punt als ik wat foto’s van hun romantisch samenzijn neem. Hij neemt een teug van de waterpijp en de rook uit zijn mond maakt mijn foto af. Wat een surrealistisch beeld in het roze daar boven op de berg met uitzicht op het water van de Golf van Oman
Als ik in de avond heb plaats genomen op het vertrouwde knusse terras van de Royal House, bestel ik gegrilde groenten en een Indiaans gerecht. Een wit/zwarte en een zwarte kat houden mij gezelschap. Jammer genoeg voor hen eet ik veganistisch maar ze nemen genoegen met mijn aandacht. Vaak genoeg bestel ik wel een bordje kip of vis voor ze als ze er erg mager uitzien.
woensdag 4 maart – Muscat
Vlakbij het hotel staat de Mohammed Al Ameen Mosque die zodra het donker wordt prachtig verlicht is in blauw gele kleuren. Toeristen mogen de moskee, met uitzondering van de vrijdag, elke dag tussen 8 en 11 uur bezoeken. Vooral in de bibliotheek kijk je je ogen uit. Je kunt er zowel binnen als buiten heerlijk rond lopen.
Na een ontbijt van pancakes met vers fruit in een sfeervol tentje is het tijd voor de public beache in Quorum. Ik observeer de mensen die voorbij wandelen. Twee gesluierde vrouwen nemen aan de rand van het water foto’s van elkaar. Aan het strand heb je diverse keuze uit restaurants. Ik lunch er in eentje die een prachtig uitzicht biedt over het water.
Na wat relaxen op het strand wandel ik langs de kust terug naar de auto waarbij ik nog diverse schelpdieren zoals krabben mag bewonderen. De navigatie stel ik in op restaurant ‘the twins Turkish Cuisine’ dat mij eerder die dag is aangeraden. Het ziet er sfeervol genoeg uit om er later op de avond te gaan eten.
Eerst ga ik terug naar het hotel om mij op te frissen en te verkleden. Als ik aankom, loop ik even langs het infinity zwembad met uitkijk over de stad. De ondergaande zon reflecteert er zo prachtig in het water, dat ik er snel nog een foto van maak. De foto van de moskee heeft wat meer uitdaging. Eerst is er een flinke klim op de tegenover liggende berg nodig wat de nodige lichamelijke inspanning vergt. Op de top schooieren vier zwerfhonden rond. Ze zijn nieuwsgierig maar het voelt genoeg ok om door te zetten en de foto van de fraai uitgelichte moskee te maken.
Uiteindelijk besluit ik van restaurant te wisselen en te gaan eten in D’Arcy’s kitchen. Dit restaurant ligt niet zo mooi aan het strand maar hier staat wel veel meer vegan op de kaart en het is er met de vele kleuren aan geel een warm geheel. Ik kies voor de broccolisoep en een Buddah bowl. Als vegan heb je echt voldoende keuze in Oman en doordat ze veel gebruik maken van peulvruchten (dat start al bij het ontbijt) is het nog eens echt superfood ook.
donderdag 5 maart - Muscat/Nizwa
De wekker staat op 7:00 want rond 8:00/30 gaat de Sultan Quaboes moskee open en dat is volgens een aantal reizigers die mij zijn voorgegaan een ‘must seen’ in Oman. Het genieten start al bij de aankomst met de vele hoge bomen en bloemen rondom de moskee. Hoe bijzonder dat je geen entree hoeft te betalen voor al dit moois. De tip er vroeg naar toe te gaan om zo de grootste drukte te ontlopen heb ik van harte aangenomen. Het weer zit mee en prachtige wolken in een blauwe lucht sieren de moskee en bijgebouwen. Bij binnenkomst vallen de gigantische kroonluchters gemaakt van Swarovski kristal en het op één na grootste Perzische tapijt van de wereld direct op. Het is hier binnen in de moskee echt adembenemend mooi. Zo’n 600 vrouwen hebben overigens vier jaar aan het tapijt gewerkt. Uiteindelijk is het in stukken de Moskee binnen gebracht en is het daarna ter plekke verder in elkaar geknoopt. Het tapijt is deels afgedekt voor de bezoekers, wat wel jammer is. Ook wel weer te begrijpen want er lopen jaarlijks ontelbaar veel mensen overheen. Een foto maken is hierdoor minder interessant en daarnaast was mijn groothoek ook wel praktisch geweest. Maar buiten in de deels overdekte gedeelten met bijzondere lichtinvallen kan ik wel los met de camera. Traditioneel geklede mensen vinden het geen probleem als ik een foto van hen maak. De man die meewerkt aan een portret, is gids van een aardig stel uit Kuwait. Een vrouw die ik vraag mee te werken aan een foto is samen met haar moeder op vakantie. Ze wonen nu in de UK maar komen oorspronkelijk uit Pakistan. We praten nog een tijdje met elkaar waarna ik aanbied nog wat foto’s te maken van hen met hun eigen camera. Het is zo fijn de vele lieve mensen te ontmoeten die in Oman op mijn pad komen. Als ik rond 10:00 uur weer vertrek zijn er al veel meer mensen op de been. De ene na de andere touringbus levert inmiddels een lading met toeristen af.
Het is 12 uur geweest als ik met een inmiddels ingepakte koffer het Levatio hotel verlaat om richting Nizwa te vertrekken. Onderweg is het ontzettend druk, onder andere door diverse ongelukken.
donderdag 5 maart Nizwa
Het Antique Inn is een sfeervol klein hotel, waar ik voor twee nachten een kamer heb gereserveerd. De koffer uitpakken is hier niet nodig want er zijn geen kasten te bekennen en ook geen stoel of bank. Een bed ontbreekt overigens ook, maar wel tref ik een matras op de grond aan. Bij binnenkomst in de badkamer vermoed ik dat deze is gemaakt door de stagiaire administratie… Direct het dorpje in duiken dus maar want de kamer is wel sfeervol met alle kleedjes en lampjes maar niet praktisch zonder meubelen. Een map is in Nizwa niet nodig en de auto kan je laten staan. Alles is hier makkelijk te voet te doen. Heerlijk en veel beter dan het grote Muscat. Het stadje met de voornamelijk zacht gele muren, de winkeltjes, het fort en de traditioneel geklede Omani maakt dat je hier een interessante stadswandeling kunt maken. Jammer genoeg zijn ook hier weer weinig echt sfeervolle restaurantjes te bekennen.
Het fort bezoeken staat op de planning van de volgende dag maar ik loop er alvast naar toe om de openingstijden te checken. Daar, bij het naderen van de entree van het fort, zie ik een oude man lopen die er zojuist vertrekt, Als we passeren, vangen we elkaars blik. Ik kijk in de allerliefste ogen. Wat zou ik graag van deze man een portret maken. Hij neemt plaats op een stenen rand om wat te rusten. Ik vraag of ik naast hem mag komen zitten en probeer een gesprek aan te gaan. De communicatie blijkt echter een uitdaging gezien ik geen Arabisch spreek en hij mijn talen niet begrijpt. Desondanks kom ik wel iets van hem te weten. Zijn naam is Cantor en hij verkoopt handelswaar in het fort. Terwijl ik een aantal foto’s van hem maak versta ik het woord ‘coffee’. We staan op en Cantor gaat mij voor op de weg. Waarschijnlijk voor een koffie maar zeker ben ik er niet van. Overigens drink ik geen koffie, maar volg Cantor graag.
Na de gastvrije ontvangst in het huis van Cantor keer ik weer terug richting het fort. Op dezelfde plek waar ik net met Cantor zat, zit nu een jongetje chips te eten. Hij is traditioneel gekleed, en laat weten Firah te heten als ik hem naar zijn naam vraag. Het is goed als ik een foto maak. Net als Cantor lacht dit jongetje ook zo lief. Van mij mag een blik wel intens en wat serieuzer zijn maar de Omani zijn blijkbaar gelukkige mensen. Als ik Firah vraag of zijn ouders in de buurt zijn, wijst hij lachend naar de overkant. Zijn vader en nog een familielid kijken lachend naar ons. We lopen samen naar ze toe en de vader van Firah laat foto’s zien die hij zonder dat ik het door had met zijn mobiel van ons heeft gemaakt. Papa vond het geloof ik wel leuk die aandacht van een buitenlandse fotograaf voor zijn knappe zoontje. De vader van Firah stuurt mij de leuke foto’s door en ik noteer zijn emailadres om de foto’s van zijn zoon later door te sturen.
Aan het einde van de dag ga ik nog even op zoek naar de locatie waar de goat market de volgende dag vroeg zal zijn. Het is snel gevonden en daar vlakbij is een restaurant waar ik mijn avondeten vanaf de counter kan uitzoeken. Het eten is er prima en kost mij ongeveer 2,5 OMR. Bij aankomst in het hotel is het daar inmiddels prachtig verlicht. Ik duik vroeg op het matras op de grond want morgen gaat de dag al heel vroeg beginnen. Gelukkig weet ik dan nog niet dat ik misschien beter voor uitslapen had kunnen kiezen.
vrijdag 6 maart Nizwa
Het witte kopje vormt een mooi contrast bij de donkere vacht van zijn moeder. Zijn pootje is met een geel touw vastgebonden aan één van de rode stangen die beeldbepalend zijn voor de markt. De handelaren lopen hun ronde waarbij ze geiten meetrekken dan wel voortduwen. De jongere handelswaar van blèrende geitjes houden ze met twee of drie tegelijk onhandig vast. Vanaf de tribune bekijken de geïnteresseerde kopers hun potentiële waar. Er wordt gevoeld, geïnspecteerd en geblèrd. De geitenmarkt van Nizwa is begonnen.
De wekker in mijn kamer van het Antique Inn ging vanmorgen om 5:00 uur af om dit spektakel te mogen meemaken. En nu observeer ik de honderden geitjes en de vaak norse handelaren. De dieren kijken angstig en trekken zich zo ver als mogelijk weg als de Omani of toeristen op hen afkomen. Er staat ook een net geboren kalfje waar ik een tijdje bij blijf om te aaien. Arm kleintje. Het stiertje is nog veel te jong om zonder zijn moeder te zijn en hij is duidelijk bang. Er staat ook een piepklein geitje dat vast niet meer dan een paar uur oud is. Bij zijn moeder zie ik het bloed van de bevalling er nog aan zitten. Daar sta je dan als ukkie met al die mensen en herrie. De prooidieren tussen de roofdieren. Het is hartverscheurend om te zien. Eerlijk gezegd heb ik niet eerder veel met geiten gehad maar deze zijn zo mooi om te zien met hun lange haren en lieve koppies. Als slaven bij elkaar worden ze betast en gekeurd door grote nare mannen (ze zijn anders dan de vriendelijke Omani die ik tot nu toe heb ontmoet). Dan ben je als geitje hier soms nog zo klein maar niets meer waard voor de veehandelaren dan de paar centen die je dadelijk gaat opleveren. Niets recht op een eigen leven en lekker buiten grazen, maar bestempeld als product. Zij hebben de mensen niet nodig maar de mens wil wel graag geitenvlees of geitenkaas, waardoor zij moeten lijden. Ik zie verderop een prachtig lieve moedergeit. Ze staat te trillen op haar pootjes met naast haar twee bange ukkies die continue aan het touw rukken. Ik zou ze het liefst allemaal losmaken en redden.
Na wat rondgelopen te hebben met de camera voel ik tranen opkomen. Al dat dierenleed. Zoveel onrecht. Als fotograaf vind ik desondanks dat ik moet doorzetten. Mijn fotografiedoel, mensen en dieren in één beeld vangen, is wat hier bij uitstek mogelijk is. Een jonge vrouw met een grote glimlach trekt mijn aandacht. Ze blijkt Spaanse en stuitert bijna van vreugde. Waarom ze zo vrolijk is, vraag ik haar en ze antwoordt ‘all the goats are so cute’. Zalig zijn de onwetenden. Haar vriend heeft meer de gekwelde blik die op de onze lijkt. Een paar toeristen verderop schudden ook verdrietig hun hoofd.
Op de stenen bankjes rondom de markt wordt door de Omani koffie gedronken. Een jongen in traditionele kleding kijkt in het kasboek van zijn vader. Door de ochtendzon die er op valt, lijkt het boek licht te geven. Omani jongetjes oefenen bij het inspecteren van een geitje. Ik concentreer mij inmiddels op deze gebeurtenissen rondom de geitenmarkt die minder pijnlijk zijn dan de harde dierenhandel. En ze leveren minstens zulke bijzondere beelden op.
Er lopen ook vrouwen rond met traditionele maskers. Ik vind het er behoorlijk intimiderend uitzien met al het zwart dat hun gezicht grotendeels bedekt en de scherpe punt over de neus. Later lees ik in een museum dat deze maskers er vooral zijn om hen tegen het kwaad te beschermen. Oorspronkelijk gebruikten de woestijnbewoners deze maskers als bescherming tegen warm zand en stof dat werd meegevoerd door de wind. Tegenwoordig zijn de maskers uitgegroeid tot een mode-item. Wat ik mij inmiddels wel afvraag waar alle meisjes van het land zijn. Je ziet ze amper buiten en op de geitenmarkt waren er wel jongens maar was er geen enkel meisje te bekennen.
Zo’n twee en half uur later houd ik het voor gezien. Ik fotografeer nog een knap jongetje die tussen gele pilaren van het vroege zonlicht geniet. Hij is verlegen maar vindt het wel ok als ik hem fotografeer.
Op de weg terug neem ik mij als beginnende vegan voor dat ik de rest van mijn leven geen geitenkaas meer eet. Al die schattige bokjes als restproduct van deze kaas, dat is mijn kaasverslaving niet waard. Afkicken dus voor de volle 100%.
Het ontbijt in het hotel is simpel maar smaakt prima. Ze hebben er bonen met een Indiase curry en naan brood. Iets wat ik in Nederland niet voor ontbijt zou eten maar waarom niet? We zitten vaak zo vast in onze Nederlandse gewoonten. Van elk land probeer ik wat moois mee terug te nemen naar Nederland. Het heerlijke en gezonde eten hier hoort daar zeker bij. Ik ben nog wel een beetje van slag van de indrukken van de geitenmarkt en ook best moe dus ik ga een poging wagen nog wat te slapen.
Die middag lunch ik bij een coffeeshop in de buurt waar ik een falafal plate bestel. De zwangere poes die naast mij is komen zitten, kan zich op iets lekkers verheugen want er is kip voor haar besteld. Ik heb al heel wat poesjes in Oman gevoerd met tonijn en kip.
In de latere middag als het licht mooi is, ga ik naar het fort van Nizwa. Je betaald er 5 omr voor de entree wat ik het zeker waard vind. Je mag voor die prijs bij de coffeeshop ook een gids gaan halen. Maar daar kom ik pas achter na vertrek. Om die reden mag ik de volgende ochtend gratis terugkomen. Fotograferen is daar overigens wel erg mooi want veel mensen willen wel even meewerken om model te staan.
Het avondeten vind ik weer in het grilled fish en see food restaurant. Gelukkig kan je er ook diverse groenten bestellen. Ik ben overigens wel blij dat we hier geen zielige honden zien.
Ook deze avond weer vroeg slapen om de volgende dag rond 7:00 op te staan. Het fort is om 8:00 uur open. Het licht is dan niet meer op z’n mooist maar het zal zeker de moeite waard zijn.
zaterdag 7 maart Nizwa/Jebel Shams
Na het ontbijt, met dit keer een omelet die lekker is maar toch minder goed voelt omdat ik aan de arme kippen in de eierenindustrie denk, is het weer tijd om de koffers in te pakken.
Na nog een glas verse jus d’orange ga ik op weg naar Jebel Shams, dat in een berggebied ligt. Hopelijk gaat de gewone auto het redden want een 4 x 4 is wel aan te raden voor deze route. Gelukkig gaat het goed en arriveer ik rond 3:00 uur in het Sama Heights Resort. Precies de tijd dat het restaurant sluit (en verder is er niets in de buurt) om vervolgens om 19:00 uur weer open te gaan voor het diner. Ze halen wel heel lief wat eetbaars voor mij uit de keuken. En nu het geluksmomentje voor vandaag, een upgrade naar een hele mooie kamer met groot terras met bergzicht. Normaal kost deze kamer 120 omr maar ik betaal 54 omr per nacht. Ik heb nog geen tent geboekt voor mijn volgende verblijf in de woestijn dus misschien blijf ik wel een nachtje langer. Het is hier zo mooi en het voelt zo goed. Wat fotografie van mensen en dieren betreft wellicht wat uitdagender maar fijn om even bij te komen. Voor het eerst die week ga ik beginnen aan een boek. Op het grote terras met thee met chocolade, wat even puur genieten is. Het is hier overigens wel fris in de bergen dus ik ben blij dat er ook warmere kleding in mijn koffer zit. Ik ga die avond vroeg slapen want morgenochtend gaat de dag weer vroeg beginnen. Ditmaal actief met het lopen van de Balcony walk. Het schijnt een mooie maar pittige route te zijn, die hier 5 kilometer vandaan ligt. Ik verheug mij erop.
zondag 8 maart Jebel Shams
Rond zeven uur sta ik deze zondag naast mijn bed. Na een ontbijt rij ik vanuit het resort eerst een paar kilometer op verharde en hobbel even later op onverharde weg tot aan het begin van de Balcony Walk. Diverse geiten en hun hoeders worden gepasseerd. Wellicht komt er in deze omgeving toch nog een kans op een bijzonder beeld van mens en dier. Een aantal huisjes waar vrouwen armbandjes en schedels verkopen markeert de start van de balcony walk. Ik vind de vrouwen er minder vriendelijk uitzien en loop dus snel verder. Vol goede moed begin ik rond 8:30 uur aan de wandelingen. Wat is het uitzicht hier adembenemend mooi! De totale route is 1,5 uur heen en dan ga je dezelfde weg ook weer terug. Ik zou dus na drie uur weer terug moeten zijn. Na een praatje met een stel uit Dubai ga ik aan het einde van de route nog op zoek naar een watertje boven in de bergen. Alleen pak ik blijkbaar een verkeerde kant en met de laatste rots te gaan durf ik met mijn hoogtevrees niet nog hoger. Al kom ik er wel op dan kom ik er zeker niet meer zonder een berg angstzweet vanaf. Het probleem bij is dat ik vaak wel ergens op kom maar vervolgens niet meer naar beneden durf. Ik ontmoet een Duitser die tevens klimgeit blijkt en volg hem maar. Hij is zo handig in het klimmen maar op een gegeven moment durf ik gewoon niet meer verder. Vreselijk dat gevoel van hoogtevrees en echt geen stap meer durven zetten. Ik ben niet bepaald bang uitgevallen maar ergens vanaf moeten wat hoog is waarbij ik het gevoel heb dat ik kan wegglijden en naar beneden kan storten, kan mij echt verlammen van angst. Maar nog een stukje van een rots af en ik ben gelukkig weer beneden. Gelukkig kan ik heelhuids aan de terugweg beginnen. Die gaat heel soepel. Ik voel mij zo energiek en heb het gevoel dat ik zo makkelijk over alle rotsen en keien ga. Het komt denk ik door de sportschool (maar zo fanatiek ben ik ook niet bezig geweest) en/of het plantaardige dieet dat ik de laatste maanden probeer te volgen en hier zo goed als mogelijk volg. Mijn camera heb ik niet meegenomen omdat ik eerst wilde weten of het wel veilig was deze mee te nemen en of het de moeite waard is. Als we er weer bijna zijn besluit ik de volgende ochtend hier heel vroeg terug te komen en alleen het eerste kleine stuk te lopen want dat is toch wel het mooiste en wat minder spannend voor mijn Nikon. Ik hoop dat ik dan de oude man in traditionele kleding met zijn geiten weer tegen ga komen.
Bij terugkomst wacht mij een uitgebreide lunch waarna het tijd is te relaxen in het knusse huisje met bergzicht. Met het laatste stukje zon op het terras en warme kleding aan duik ik in mijn boek Zionocco van Leon de Winter. In de kamer is het mogelijk zelf thee te zetten en wonder boven wonder is er na een week nog de pure chocolade over die ik vanuit Nederland heb meegenomen. Weer zo’n geluksmoment.
Die avond ga ik na het diner, dat hier in buffetvorm is, en een stukje lezen in mijn boek weer tijdig slapen. Het alarm op mijn mobiel staat afgesteld op 5:30.
maandag 9 maart – Jebal Shams/Ibra
Het valt mij zelden mee vroeg op te staan maar de vroege zonsopgang en mijn fotografen hart laten mij geen andere keuze. Het is 6:45 uur als ik in de omgeving van de balcony walk arriveer waar tientallen geiten net vanuit de stal naar buiten worden gestuurd. Ik probeer ze vast te leggen maar die geiten zijn zoveel sneller dan ik over de vele rotsen. Ik leg nog net een laatste eigenwijze, maar prachtige grote witte geit samen met de herder in het vroege tegenlicht van de zon vast.
Als ik net begonnen ben aan de balcony walk zie ik tot mijn grote vreugde uit het niets de oude man verschijnen. Hij loopt zijn huisje in waarbij de geiten hem volgen. Hij spreekt alleen Arabisch en ik hoop maar dat hij er zo weer uit komt. Wat had ik hem graag gevolgd in zijn huis met geiten maar ik heb het gevoel dat deze man liever zijn rust wil. Als hij naar buiten komt mag ik hem gelukkig wel fotograferen. Hij vraagt er wel een rial voor die hij natuurlijk van mij krijgt. Ik zou graag met hem en zijn geiten door de bergen gaan maar de communicatie maakt dat ingewikkeld en belangrijker nog hij geeft aan dat hij verder wil.
Later kom ik hem weer tegen en zie dat hij een alternatieve route neemt. De oude man loopt echt op het randje van de rots met daaronder een diepte die mij de kriebels bezorgt. Het is gewoon te spannend hem zo te zien lopen. Ik blijf hem echter wel volgen met mijn camera, want het zijn hele mooie beelden die hier nu verschijnen door zijn wandeling op de rand van de rots. Af en toe gaat hij zitten en pakt hij zijn verrekijker tevoorschijn. Ik ben heel benieuwd wat hij er mee ziet of misschien wel zoekt. Jammer dat we niet dezelfde taal spreken.
Mijn rammelende maag geeft aan dat het tijd is terug te gaan naar het resort voor het ontbijt. Er is echter een geit die nog mijn aandacht trekt. Wat een grappige beest! Hij vindt het duidelijk fijn geaaid te worden. Terwijl ze over het algemeen behoorlijk afstandelijk zijn. De geit blijft dicht bij mij staan. Ik denk dat hij hoopt op wat eten maar als ik later terug kom met een appel dan hoeft hij deze niet en neem ik maar afscheid van hem. Vlakbij het resort stop ik nog een laatste keer voor de dampen die uit de bergdalen komen. Met het vroege zonlicht erop is dit wel een moment even te blijven stilstaan.
Na het verlaten van het resort waar ik zo genoten heb, was het de bedoeling richting de woestijn van Wahiba sands te rijden. Doordat ik echter een nacht langer in het Sama Heigts resort in Jebal shams ben gebleven, betekent dit maar één nacht in de woestijn. Door mijn besluit niet te kiezen voor een 4 x 4 kost het nu tussen 30 tot 40 omr om je te laten ophalen. En dat vind ik te veel voor nog geen dag in de woestijn. Doordat het hotel niet geboekt was, besluit ik de woestijn over te slaan. Het is dus nog even spannend waar de reis van vandaag precies gaat eindigen. Het gaat in elk geval een simpele tussenstop worden op de route van meer dan van 400 km naar Ras Al Jinz wat mijn volgende bestemming zal zijn.
Langzaam trekt het rotslandschap aan mij voorbij. Een zwarte geit met witte kop kijkt trots mijn kant op. Boven hem tekent zich een enorm grote witte wolk in de verder helder blauwe lucht af. Dag Jebel Shams.
Iets verderop krijg ik waarschuwingstekens van een tegenligger wat waarschijnlijk betekent ‘pas op voor de kameel op de weg’. Weer eens wat anders dan de overstekende herten in Zeeland. De navigatie staat inmiddels ingesteld op Ibra dat zo’n 15 minuten rijden vanaf de grote weg ligt. Er zal ongetwijfeld een hotel te vinden zijn. Bij het binnenrijden van deze stad voelt het niet echt prettig. Het stadje is maar een troosteloze bedoening. Gezien ik niet veel zin heb verder te zoeken gaat het toch een nacht in het kitscherige Ray’s hotel met het Donia restaurant worden. Het hotel lijkt zo goed als nieuw en zo ook het restaurant. Het is groot en gereed om heel veel mensen te ontvangen. Toch heb ik het gevoel dat ik hier de eerste en enige gast ben. Het is een beetje een spookhotel (al ben ik daar niet eerder geweest). Het diner kan niet in het restaurant geserveerd worden, maar kan wel naar de kamer of in het ontbijt gedeelte gebracht worden. Ik bestel Indiaanse groenten die redelijk te doen zijn. Vroeg slapen maar en heel vroeg weer verder want ik heb heel veel zin in de volgende bestemming.
dinsdag 10 maart Ibra / Ras Al Jinz
Rond half 8 ben ik klaar wakker. Tijd om te vertrekken uit dit vreemde enorm grote hotel zonder gasten. Gezien ik de avond ervoor geen andere gasten heb kunnen ontdekken en alleen Aziatische medewerksters ben tegengekomen trek ik maar eens wat minder lange kleding aan. De reis gaat nu vooral richting toeristisch gebied. Als ik in de ontbijtzaal in kom zit deze echter vol met Arabisch geklede vrouwen en mannen. Waar zijn die ineens vandaan gekomen? De vrouwen achterin zetten de airco waar onder andere ik onder zit vol aan. Wellicht is dit hun manier om te vertellen dat ik nog even verder moet gaan met aankleden wat ik dan ook maar ga doen. Na een half uur wachten onder de te koude airco ben ik er wel klaar mee. Ze hebben hier duidelijk geen eigen keuken en ik vertrek naar boven om de koffer in te pakken. Ik wil nu zo snel mogelijk naar Ras Al Jinz om hopelijk schildpadden te bewonderen.
In de middag arriveer ik op het terrein van het Ras al Jinz turtle resort. Dit keer is de keuze gevallen op juist het duurste hotel in de omgeving en gezien de ligging heb ik daar totaal geen spijt van. Het is niet zo zeer heel luxe maar het resort ligt direct aan het strand. Voor de zee is het echter nog wel een stukje lopen. De kamer is prima maar helaas zonder uitzicht omdat de architect er voor heeft gekozen delen muur te laten doorlopen. Ik kan mij voorstellen dat hij hiervoor heeft gekozen om de kamers niet te warm te laten worden.
Als de koffer op de kamer gebracht is, ga ik richting het strand. De grote vlakte met zand met hier en daar de afdrukken van schildpadden, de rotsen, de woeste zee en dramatische lucht van die middag zorgen voor een bijzonder decor. Ik heb mijn camera bij mij al is het licht nog niet perfect voor landschapsfotografie. Ik besluit mij op iets kleins te gaan richten.
Op een plek waar een gat in het zand zit, en waar zo even een krabje in is gekropen, ga ik zitten. Nu maar hopen dat hij spoedig weer naar buiten komt. Dieren observeren en fotograferen is vaak een kwestie van geduld en niet bewegen. Zolang ik heel stil lig, kan ik hem in alle rust observeren en fotograferen. Ik ben blij met mijn nieuwe Nikon Z7 camera die zo weinig geluid maakt dat het beestje zich er niet door laat verstoren. Ze zijn normaal gesproken ontzettend schuw. Het is zo fascinerend dit beestje zo ijverig aan het werk te zien. Achter elkaar komt hij met hoopjes zand tussen zijn scharen naar buiten en gooit dit vlak bij het gat weg. Een levende mini graafmachine. Elke keer als hij boven komt, blijft hij even staan. Zijn oogjes bovenop de steeltjes van zijn kopje speuren vast de omgeving af naar alles wat beweegt. Ik lig doodstil, met bijna ingehouden adem, met mijn camera vlak bij hem. De pijn in mijn nek wordt op deze manier inmiddels bijna ondraaglijk. Een aantal weken later zal mij duidelijk worden waar deze pijn vandaan kwam. - De chirurg die de mri foto’s bekeek van mijn nek was zo van de heftige nekhernia geschrokken dat ik binnen een paar dagen op de operatietafel van het Erasmus MC lag. - Maar dat was een gegeven waar ik op dat verdere intens gelukkige moment nog niets van wist. Zo dicht betrokken zijn in de wereld van dit beestje is zo fantastisch. Vooral omdat ze normaal gesproken snel voor je wegschieten. Misschien is dit krabje gewoon erg kippig of was ik gepromoveerd in doodstil liggen. Met de groothoek zit ik inmiddels bijna tegen het beestje aan. En dat gevoel komt daarmee terug in het beeld. Zijn scharen lijken terug te komen in de rotspartij achter het ijverige diertje.
Het diner is in het hotel inbegrepen. Veel andere mogelijkheden lijken er in de omgeving ook niet te zijn. Het is er prima en de vele toeristen scheppen aan het buffet enthousiast hun borden vol. Een groot contrast met het spookhotel in Ibra. Hier zijn overigens alleen Westerlingen te bekennen. Duidelijk liet meer mensen zich niet tegenhouden door het virus uit China dat zich inmiddels steeds meer en meer over onze aardbol aan het verspreiden is.
Vanaf 20:00 loopt de lobby van het hotel vol met toeristen die met de gids op pad gaan om de schildpadden te observeren. Als je in het hotel verblijft dan val je automatisch in de eerste groep die richting strand vertrekt. Fijn als je niet altijd uitblinkt in geduld. Behalve dan als het een krab betreft die je wilt fotograferen. In de lobby verteld de gids al het een en ander over de dieren die we zo dadelijk als we geluk hebben, gaan tegenkomen. Schildpadden blijken zich alleen op het strand te vertonen als het donker is. Als het gedurende de dag te warm wordt, kan het zijn dat ze niet op tijd terug het water in zijn. Hierdoor kunnen ze zelfs sterven.
Zo’n drie kwartier later wandel ik enthousiast met de gids en de eerste groep richting het strand. Gezien het low season is wat de schildpadden betreft, is de kans aanwezig dat we ze niet gaan tegenkomen. De gids heeft echter het bericht ontvangen dat er eentje is gesignaleerd dus lopen we richting de zee waar de schildpad is gezien. Vele nieuwsgierige ogen gaan een paar minuten later richting het gat waar het dier in zou zitten. Wat bijzonder om het leggen van eieren door zo’n enorme schildpad van dichtbij te mogen meemaken. Het dier ligt in een redelijk diepe kuil. Prachtige glanzend witte eieren liggen onder haar. Ze zien er zacht en een beetje doorschijnend uit. Kwetsbaar. Een foto maken werkt niet goed met zoveel mensen er omheen en alleen het beetje maanlicht dat het spektakel verlicht. Je mag, terecht, niet flitsen en ook niet bij haar hoofd staan. De groep mensen staat dus alleen achter haar zodat zij door kan gaan met eieren leggen. Ik ben blij dat ze hier het belang van het dier voorop stellen.
Als de schildpad zich later langzaam richting de zee zal verplaatsen dan betekent dit moment ook gelijk het afscheid van haar kinderen. Sowieso zullen maar weinig schildpadjes overleven. Van de 1000 eieren die worden gelegd, overleven uiteindelijk 1 tot 5 schildpadden. Deze schildpadden kunnen dan wel 100 jaar oud worden. De grootste vijand aan land zijn de vossen en vogels die de nog zachte eieren en schildpadjes opeten. In de oceaan is de vervuiling de grootste vijand van de schildpadden. Ook hier is de mens schuldig aan het ten onder gaan van onze natuur. Door de inkomsten uit de toeristen sector kunnen ze hier echter het kwetsbare gebied van de schildpadden zoveel mogelijk beschermen. Na ongeveer een uur keren we met een unieke ervaring in ons hoofd weer terug naar het hotel.
De volgende ochtend mag je voor de zon opkomt weer mee op pad voor deze ervaring maar het is goed zo. Ik heb het meegemaakt en hoef niet zo nodig weer met een groep bij een schildpad te staan. Hoe minder hoe beter lijkt mij voor de dieren. Al is wel duidelijk dat de toeristen hier wel nodig zijn voor hun bescherming. Rond 6:00 uur is het ongetwijfeld ook mooi op het strand al zijn er waarschijnlijk dan geen schildpadden meer te bekennen.
woensdag 11 maart Ras al Jin/Sur
Als ik rond 6:00 uur het strand op kom, laat de zon zich voorzichtig zien. Het is er prachtig nu en heel rustig. Wat verderop liggen vissersbootjes waar ik naar toe wandel. En dan ineens is daar een schildpad. Hier had ik geen rekening mee gehouden nu de zon al op is. Moet ik mij nu zorgen om haar maken? Het lijkt wel of ze niet verder komt maar ze moet nu echt richting het water. Haar hoofdje is wat bebloed maar is geen visnetdraad of iets ander schadelijks te zien. Wellicht komt het door haar eigen vinnen die haar hals raken als ze zich voort beweegt. Of we er goed aan hebben gedaan weet ik nog steeds niet maar samen met een andere toerist til ik haar voorzichtig richting de zee. Vervolgens gaat ze zelf de goede kant op omdat wij naast haar blijven lopen. Ze is duidelijk vermoeid. Ze kan niet eens haar kopje optillen als ze een bergje afgaat waardoor haar ogen en de rest van haar kopje onder het zand komen te zitten. Gelukkig bereikt ze zelf uiteindelijk het water en zien we haar weg zwemmen.
Via de vissersbootjes ga ik over de verharde weg weer terug naar het hotel. Het is weer kofferinpaktijd. Op de weg naar Sur passeren we tientallen kamelen. Ik herinner mij de kameel die ik het jaar daarvoor fotografeerde in de Wadi Rum woestijn van Jordanië met een sigarettenpakje in zijn bek. Een triest beeld. De sandwich in de auto geef ik aan een kameel. Hij vindt het een beetje spannend en weet ook niet zo goed wat het is maar neemt het van mij aan. Het is duidelijk, in tegenstelling tot het pakje sigaretten wordt deze sandwich overduidelijk goed gekeurd. Ik vind het grappige dieren, maar weet ook dat je voor ze moet oppassen als ze in gevangenschap leven. Die kunnen, terecht denk ik, best agressief naar mensen zijn. We horen ook nog een paar toeristen lachen vanuit een auto waar de kameel met zijn kop gewoon naar binnen komt. Ik denk dat ze vaker wat lekkers krijgen, wat natuurlijk ook wel tot gevaarlijke situaties op de weg kan lijden. De ‘eigenaar’ is ook minder blij met de hele situatie want hij komt toeterend aanrijden. Tijd om verder te gaan.
Niet ver van Sur vandaan kom ik langs een bord van RV SUR RV Rental. Hier verhuren ze grote campers. Iets om te onthouden voor later.
Als we Sur naderen is het tijd voor een pauze op het terras van een restaurant aan zee. Wat een wind staat er. De ober wil eigenlijk niet buiten bedienen omdat hij bang is dat de glazen onze tafel niet zullen bereiken. Maar hij doet het toch. Het uitzicht is er prachtig en de golven knallen tegen de muren van het hoger liggende restaurant. Wel jammer dat het in Oman nog wel ontbreekt aan sfeervolle restaurants. Hier ligt zoals al vaker gezien kunstgras en staan er kindertoestellen in alle kleuren van de regenboog die niet de prijs voor mooiste ontwerp zullen ontvangen.
De receptionist va n het Grand Sur hotel waar ik even later arriveer is erg vriendelijk. En dat vind ik helemaal als hij verteld over de upgrade van de kamer met zeezicht. Vanaf de vierde verdieping is dit uitzicht prachtig. Jammer dat ervoor begonnen wordt met de bouw van iets nieuws. Een mooi park was hier meer op zijn plaats geweest.
Na de lunch in het hotel is het die middag relaxmiddag. Op het dakterras met klein zwembadje waaien ik en de overige toeristen echter haast van het dak af zoveel wind komt er voorbij. Het is maar goed bedenk ik daar dat een bezoek aan de woestijn is overgeslagen want dat was minder grappig geweest met al het opwaaiende zand in je mond en ogen. Er schijnt over een groot deel van het land namelijk een flinke wind te staan.
In de middag wandel ik via het strand naar het stadje Sur. Jongens en mannen zijn er met velen aan het voetballen. In de verte doemt een fort op waar ik een aantal foto’s in het avondlicht maak. Vlakbij het fort staat een container waarnaast een dode geit ligt en waar poezen in de container naar voedsel zoeken. De geit vinden ze waarschijnlijk net als ik er niet fris uitzien. Het laatste blikje tonijn van die dag wordt voor de hongerige poesjes opengetrokken.
Bij het Sahari restaurant achter het Plaza hotel dat mij is aangeraden, door een opdrachtgever die Oman aan mij is voorgegaan, ga ik wat eten. Doordat het vinden van de sfeervolle restaurants zo’n uitdaging is, zijn alle aanbevelingen welkom. Er is een groot terras aan het water waar je heerlijk kunt zitten. Ik bestel er een bord met gegrilde groenten. En wat vis om aan een katje te voeren dat ik wat verderop hard hoor miauwen. Als ik naar hem toe wil lopen hoor ik ook nog een andere ergens op een dak miauwen. Na van alles geprobeerd te hebben, tot aan het betreden van een gevaarlijke ladder toe, geef ik het op en ga op zoek naar het poesje dat in de buurt van het terras zou moeten zitten. De meeste katjes zijn zo bang in dit land heb ik gemerkt, maar nu komt er een kleine echt op mij afstormen. Het eerste wat hij doet is heel veel kopjes gegeven en dan neemt hij een hapje van de vis om vervolgens weer op volle sterkte door te kroelen en spinnen. Wat een schatje. Het is fijn hem in elk geval voor vandaag geholpen te hebben aan een vol buikje. Mensen eten vaak meer dan goed voor ze is. Ik vind het een beter gevoel geven een deel weg te geven aan kleine wezentjes met grote honger. Ik vraag de ober of ze nog wat vlees hebben wat over is gebleven maar helaas komt hij met wat chapatti’s aan. Verdorie een kat is toch geen vegetariër. Maar de kleine heeft zo’n honger dat dit er ook nog wel bij kan. Een Omani komt naar mij toe met de vraag of alles ok is. Hij vindt het maar een raar verhaal geloof ik dat poezen ook honger kunnen hebben. Ondertussen kroelt het katje langs de benen van de man waar ik stiekem wel om moet lachen. Uiteindelijk hebben we een interessante gesprek met elkaar over de verschillen in onze culturen. Ook wat dieren betreft. De Omaanse man is nog geen 53 jaar en al een tijdje met pensioen. Hij diende in het leger en dan kan je met 53 jaar het leger met een goed salaris vaarwel zeggen. Maar hij koos er voor wat eerder te gaan. In het leger verdiende hij 1900 omr per maand en nu ontvangt hij met zijn pensioen 1500 omr. Dat is dus een mooi bedrag wat mij betreft voor zo’n vervroegd pensioen. Voor de meeste andere beroepen is de pensioen gerechtigde leeftijd in Oman 60 jaar. Laat de Fransen het maar niet horen. Het wordt mij steeds duidelijker dat de Omani het financieel gezien goed voor elkaar hebben.
Donderdag 12 maart - Sur
Deze ochtend slaap ik uit. Na het ontbijt blijf ik ook nog een tijdje in de kamer hangen. De hoogste tijd de chaos hier op te ruimen en mijn mail bij te werken. In het eerste kwartaal van het jaar, meestal met het verschijnen van de voorjaarzon, komt er altijd een moment dat mijn fotografie opdrachten, na een rustigere winterperiode begin van het jaar, weer volop binnen komen. Belangrijk dus deze tijdig te beantwoorden, want ik wil graag weer aan het werk. Werk betekent voor mij de mogelijkheid onze aarde verder te ontdekken. Halverwege de middag staat het bezoeken van de Dhow bootjes op de planning maar er is weinig loos.
Als ik even later weer op het terras van het multi cuisine restaurant plaats neem, ben ik blij dat het dit keer minder hard waait dan bij de aankomst in Sur de eerste dag. Het is er nu heerlijk buiten zitten, dus meer gasten hebben vandaag hier en niet binnen een plekje uitgezocht. Ik observeer het gezin naast mij waarbij de vrouw ook haar gezicht gesluierd heeft. Ik verbaas mij er over hoe je dan kunt eten. Voor elke hap tilt ze een deel van de gezichtsbedekking op. De traditionele kleding in Oman die ik het meest voorbij zie komen is voor de vrouwen lang in het zwart en voor de mannen voornamelijk lang wit. Ook andere kleuren zie ik wel voorbij komen, maar zwart en wit voert de boventoon. De mannen hebben vaak een mooi hoofddeksel. De kleding is hier echt nog authentiek wat ik geweldig vind voor mijn beelden. Ik bestel een risotto waarin ik ontzettend veel trek heb. Echter stel ik niet veel later wat teleurgesteld vast dat in dit restaurant de risotto op een andere manier bereid wordt dan in onze Nederlandse keuken.
Op het dakterras van ons hotel maak ik die middag tijd wat te lezen. Door de mindere wind is het ook hier een stuk aangenamer dan gisteren.
Die middag ontvang ik een whatsapp van mijn tante Coby van Dongen. Ze is commercieel directeur van de Jong Intra Vakantie en al bijna een halve eeuw werkzaam in de reiswereld. Iemand die dus goed weet wat er speelt als het op reizen aankomt. In verband met de corona maatregelen die Oman gaat nemen adviseert zij zo snel mogelijk het land te verlaten. Het luchtruim zal namelijk spoedig sluiten. Eigenwijs nichtje dat ik ben, neem ik het risico ook de laatste twee dagen nog volop te genieten van het Oman waar ik verliefd op ben geworden. De ernst van de zaak zie ik ook wellicht nog onvoldoende in maar ik heb zo weinig zin nu hals over kop te vertrekken en tijd te verdoen met het zoeken naar een nieuwe vlucht. Sowieso is het nog bijna een dag rijden naar het vliegveld.
Vrijdag 13 maart Sur/Wadi Shab
Na het ontbijt check ik vroeg uit in het hotel in Sur. Er staat nu nog één bestemming op de planning waar ik mij erg op verheug en dus niet graag zou overslaan. Wadi Shab ligt op circa 1,5 uur rijden van Sur en is zeker een hoogtepunt in Oman die je niet mag overslaan. Als ik bij het Sama Wadi Shab resort arriveer krijg ik direct een gevoel van rust. Het zwembad geeft er uitzicht op de zee en de kamers zijn eenvoudig maar prima. Een mooie afsluiter van mijn reis door Oman. Tijdens de lunch hier kom ik in gesprek met twee stewardessen uit. Ze bieden een rit naar Wadi Shab aan maar ik besluit op eigen houtje te vertrekken. Inmiddels weet ik hoe het werkt met mij en een camera. Altijd net de andere kant op willen. Ze geven wel de tip mee de Sink Hole te bezoeken als het tijd is voor de terugreis naar Muscat gaan. Hier komen de kleine visjes volgens hen aan je voeten knabbelen.
Gezien het nog geen tijd is voor mooi fotografie zonlicht ga ik eerst relaxen aan het zwembadje met uitzicht op zee. Dit resort is onderdeel van de Sama resorts zoals ook die van Sama heights resort in Jebel Sands en zeker ook weer een aanrader. Er zijn delen van het resort die duidelijk nieuw zijn en ik vermoed dat ze nog wel even doorgaan met renoveren. Belangrijkste is altijd de locatie vind ik en de rest kan je als eigenaar gaan verfraaien.
In Tiwi wordt het mij einde van de middag duidelijk waar de volgende dag het bootje naar de overkant vertrekt om in wadi shab de wandeling te maken. Een jongen van 29 jaar zit er op een bootje dat vast ligt aan de kade. Zijn collega vaart nog en hij vermaakt zich met de katten in en rondom zijn bootje. Een kattenmannetje. De katten zijn iets aan de dunne kant maar ze zien er verder goed uit. Er loopt ook een prachtige witte poes met blauwe ogen die juist het meest schuw is. Als hij dat niet was, dan was hij al lang meegenomen laat de jongen weten. De katten miauwen er op los als hij een visdraad pakt, want de visjes die hij binnenhaalt zijn voor hen! Hij doet dit een paar keer per dag zegt hij en dat is de poezen wel aan te zien. Hij vindt het geen probleem dat ik mijn camera erbij pak om deze activiteit vast te leggen. De jongen is Westers gekleed maar desondanks fotografeer ik hem en de katten met veel plezier. Ik zie de meest mooie visjes voorbij komen. Wel sneu voor hen maar fijn dat de katten te eten hebben. Ze vechten af en toe om een vis maar op een gegeven moment hebben ze allemaal genoeg gegeten. Met een foto van zijn email adres trek ik weer verder en roep ik tot morgen! Morgenochtend ga ik hier absoluut vroeg aanwezig zijn.
Wat verder op in het dorpje van Tiwi kom ik met vier mannen in gesprek die daar met een kindje voor hun huis zitten. De Omani zijn zo gastvrij want ook hier krijgen ik gelijk water en iets wat tussen koffie en thee inzit. Een vrouw komt het brengen. Als ik vrouwen vaker wil tegen komen dan moet ik naar de supermarkt of naar het winkelcentrum. Daar zitten ze dus. Niet de plekken waar ik graag kom tijdens mijn reizen. Dus deze reis staan er vooral mannen en jongens op mijn beelden. Lekker vind ik de mix koffie/thee niet maar ik drink het elke keer wel op. Ondankbaar overkomen wil ik liever niet. We kletsen wat en ik beloof ze bij vertrek de foto’s te sturen die ik van hen mocht maken. Aan de man die naast mij zit, vraag ik wat hij voor werk doet. Hij lacht naar mij en zegt ‘that’s a secret’. Dat is sowieso wel meer in Oman voor mij. Oman met al zijn grote huizen in een bak beton met muur er omheen. Hier geen bak met lavendel en bijtjes erin of wat gras voor de geiten die overal lopen. Dan kies ik toch liever voor een knus huisje met een tuin vol leven. Als ik opsta om weer verder te gaan, verteld de man naast mij dat het Sama resort voorheen van zijn vader was. Ik bedank de mannen voor de gastvrijheid en verlaat hen voor een diner op het buitenterras met uitzicht op zee. De restaurants die ik onderweg passeer doen mij niet gedachten veranderen. Het wordt dus weer het hotelbuffet.
De wekker staat om 5:00 uur voor de zonsopgang foto’s morgen dus ik kruip even later vroeg in mijn bed. Een lange en goede nachtrust heb ik wel nodig voor de lange dag morgen. Naast het vroege opstaan staat ook de nachtvlucht terug naar Amsterdam gepland. Dat het nog een veel langere dag gaat worden dan de bedoeling is, weet ik dan gelukkig nog maar niet.
Zaterdag 14 maart Wadi Shab/Muscat/Istanbul/Amsterdam
Wat ben ik toch slecht in vroeg opstaan. In deze periode van het jaar is het mooie licht voor fotografie er al rond 6:00 uur dus wel noodzakelijk even door te zetten. Zeker als je bedenkt dat de avondzon heel snel weg is. Eerst check ik bij de bootjes of de kattenjongen er toevallig al is maar dat is niet het geval. Ik rijd door naar het dorpje Tiwi. Op een stenen rand aan de kust zit een man samen met zijn zoontje. Ze genieten van de zonsopkomst. Een silhouette foto met de zon in lange stralen tussen hen door levert een mooi beeld op. Ook deze man is weer zo vriendelijk en ik beloof ook hem een foto op te sturen. In tegenstelling tot veel andere landen waar ik de laatste jaren was, beschikken de meesten hier wel over email. Ik maak altijd een foto van hun adres zodat ik niets kwijt raak of door elkaar haal. Visitekaartjes of losse papiertjes zijn aan de chaoot in mij niet besteed. Overigens hebben ze hier vooral Instagram en is Facebook inmiddels achterhaald.
De man kijkt onder andere uit op de vissers die hun vers gevangen vissen hebben uitgestald op de stoffige grond en loop hun richting op. Een man wil niet dat ik hem vast leg want hij vindt het maar niets dat er foto’s van hem later voor geld worden verkocht. Hij is verder best aardig maar heeft niet echt vertrouwen in fotografen. Een hele oude man en juist ook een jongen trekken mijn aandacht. Overigens ook een vis die nog leeft en wat ik vreselijk vind om te zien. Wat zou ik hem graag oppakken en in het water gooien maar dat kan echt niet. De vraag is überhaupt of hij het dan wel gaat redden en voor hem weer veel andere vissen in de plaats. Ik moet hier aanzien dat hij aan het sterven is daar op de stoffige grond. Ik besluit om naast de geitenkaas die ik echt niet meer wil eten de vis voortaan ook definitief te skippen al gaat dat thuis wellicht wat ingewikkeld worden. Naast het lijden van miljarden vissen in de industrie worden ook grote delen van de oceanen door overbevissing verwoest. En dan zijn daar ook nog de onnodige bijvangsten.
Het is iets na zeven uur als de kattenjongen mij vriendelijk begroet om naar de overkant over te varen. Hij pakt ook een waterdichte tas voor mijn camera.
Circa 2 minuten duurt de overtocht naar de overkant die 1 omr per persoon kost. Dat is echt niet slecht verdienen in het hoofdseizoen maar nu is het stil. Het is nog geen hoofdseizoen en dat seizoen zal er uiteindelijk dit jaar door corona ook niet komen. Samen met drie mensen uit India loop ik vandaag als eerste toerist het gebied in. De vrouw bij dit groepje heeft hier in de buurt gewoond en kent de weg. Ze verteld dat in het regenseizoen er veel rotsblokken zijn losgeraakt en op het pad terecht zijn gekomen. Aan het begin van de route staat een ezel tussen grote hoge planten te balken. Ik ga hem even gedag zeggen. Langzaam komt hij, met zijn grote oren naar voren gericht, naar mij toe als ik met hem praat. Ezels vind ik zulke lieve dieren en deze is ook echt een schatje. Heel voorzichtig neemt hij de stukjes appel aan die ik hem geef. Met een touw om zijn pootje staat hij vast. Zo zielig. Ik had het niet direct gezien omdat hij achter een grote omgevallen boomstronk stond.
Het gebied is omgeven door water, hoge rotsen en planten. Na circa drie kwartier/een uur wandelen en klauteren over de inderdaad vele gevallen rotsblokken bereik ik een watertje dat in kunt gaan. Het ijskoude water wat ik mij had voorgesteld, valt gelukkig mee. Na een stukje zwemmen met de waterdichte tas op mijn rug komt er een pad met een laagje water. De steentjes onder mijn voeten bezorgen hier flinke pijn. De waterschoentjes die ik hiervoor had bedacht maar toch niet meenam, waren toch wel handig geweest. Al snel kan er weer gezwommen worden. Met de waarschuwing van de kattenjongen voor de gladde stenen in mijn hoofd en met de gedachte van de camera op mijn rug loop ik heel voorzichtig weer het water in. Onder water kan je ook echt niet op de stenen staan zo glad ze. Een man heeft hier een paar weken geleden zijn been gebroken. Inmiddels zijn we met een klein groepje en verderop zien we een spleet in de rotsen waar we doorheen kunnen. Weliswaar moet je er schuin doorheen. De tas met de camera (met alle foto’s van de afgelopen weken erop) houd ik voorzichtig voor mij. Ik ben te benieuwd wat er te zien is als we de speelt zijn door gekomen. In de verte hoor ik een waterval en verwacht wel iets moois te zien. We komen uit in een grot waar ook daglicht door heen komt. De waterval is nu ook zichtbaar. Het is echt prachtig hier binnen.
Een paar jongens die ons hebben ingehaald zitten als echte berggeiten al bovenin. Eén van de jongens kan niet goed zwemmen en gebruikt grote spaflessen onder zijn armen om te blijven drijven. Zijn vriend geeft aanwijzingen hoe hij moet proberen te zwemmen. Steeds meer mensen weten de grot te vinden dus is het tijd om voor de wandeling terug. Wat een ontzettend mooie dag om af te sluiten. Hoe het ook af gaat lopen met de terugreis, deze dag zit voor altijd in mijn hoofd.
Als ik het bootje instap, komen er nog twee mannen bij die aan het werk zijn in het gebied. Ze dragen grote balen groen. De jongen op de boot vaart ietsje door om hen eerst af te zetten. Wat mij betreft gaat hij nog een heel dorp met mensen ophalen. De omgeving is prachtig vanaf het bootje. De waterdichte tas die van groot nut was, lever ik in bij de kattenjongen. Ik bedank hem er voor en en beloof nogmaals de foto’s van hem en de katten naar hem toe te sturen.
Op de parkeerplaats van het resort loop ik de aardige, wat oudere, mensen uit Oostenrijk tegen het lijf die ik eerder ontmoette in het hotel in Sur. Ze zijn ontzettend vriendelijk. De man vraagt mij wat wij te doen met hun vijf dagen nog te gaan. Weg gaan of nog genieten. Wij weten het ook niet want dat is nog weer wat verder in de tijd en het gaat ongetwijfeld steeds ingewikkelder worden. Ze bieden nog aan mee te rijden naar Tiwi maar ook dit keer sla ik het aanbod af.
Snorkelen gaat het worden bij het strand aan Fins. Het schijnt daar mooier te zijn dan bij het resort hier. Mannen van een restaurant daar komen in mijn buurt staan. Ze hebben voor mijn gevoel geen kwaad in zin maar de jongste is heel erg irritant. Hij blijft mij zonder toestemming fotograferen en filmen en probeert ook stiekem een selfie te maken met mij op de achtergrond maar dat heb ik gelijk door. Daarom vraagt hij het later maar. Al spreekt hij geen Engels het is duidelijk dat hij wil weten of ik dadelijk ook het water in ga. Nou zeker niet als hij in de buurt is. De twee mannen hebben hier duidelijk weinig toeristen gezien. Ik ga ze zeker niet de kans geven mij te filmen als ik de zee inloop. Mijn kleding vinden ze vast al bijzonder. Mijn knalgele blouse en witte korte broek staan toch in groot contrast met de zwarte lange jurken en sluiers van de vrouwen hier. Een van de mannen is al terug en de irritante druipt nu ook af. De onderwaterwereld is hier niet zo mooi en ik besluit het wat verderop te proberen met snorkelen. Ik kom terecht bij een mooi, klein strandje, maar wat jammer van het plastic en andere rommel die hier aangespoeld is. Zoveel plastic zakken en flesjes. Het is vreselijk om te zien maar ik loop toch het water in. Ik zwem eerst naar een stuk visnet toe waarbij ik hoop dat ik het uit het water kan halen maar het is te groot voor mij en zit te vast aan de rotsen. Wat een rotzooi laten vissers toch achter. Als je zelf ervaart wat de visserij doet met het zeeleven dan kan je niet anders doen dan stoppen met vis eten. Voor mij de tweede keer in mijn leven, maar nu wel definitief. Het zicht onder water is slecht al zie ik rondom het net diverse kleine geel, zwart gestreepte visjes zwemmen. De stroming is best sterk en ik besluit terug te zwemmen. Terug naar het hotel waar ik al wel uitgecheckt ben maar nog wel heel fijn gebruik mag maken van een badkamer om fris het vliegtuig in te gaan. De Oostenrijkers arriveren ook weer in het hotel. Ze zijn minder enthousiast terug gekeerd van Wadi Shab. Ondanks de rustige periode was het daar overvol met toeristen en stonden de auto’s rijen dik geparkeerd. Ze zijn daarom maar weer omgekeerd. Dit soort activiteiten moet je ook echt zo vroeg als mogelijk op de dag doen. Dan ben je vaak de eerste en is het dus minder druk en ook niet onbelangrijk minder heet. We kletsen nog wat en zeg ze dan gedag. Geen handen schudden inmiddels maar gewoon zwaaien. Je weet maar nooit. In een vakantie heb ik niet eerder zoiets meegemaakt. Ook niet eerder zo vaak handen gewassen en met desinfecterende gel ingesmeerd. Nou ja, behalve dan in India.
Gezien er in het resort geen wifi is, heb ik geen idee of mijn vlucht via Istanbul naar Amsterdam wel gaat. In The Royal House waar ik aan het begin van de reis in Muscat gegeten heb en vanavond ook wil gaan eten, is dat zeker wel het geval. Als het goed is dan ben ik er rond 20:00 uur dus alle tijd de vlucht te checken die vannacht pas gaat.
Als ik het terras oploop van het restaurant begroeten de obers mij enthousiast. Leuk dat zij mij nog herkennen. Mijn appjes hoor ik ook binnenkomen dus de wifi werkt nog. Ik check snel mijn mail en ik zie er heel veel van Turkish airlines. Dit voorspelt niet veel goeds. Ik bestel een verse vruchtensap en zie de woorden cancellation in mijn mails opduiken. Zowel de vlucht van Muscat naar Istanbul als die naar Amsterdam is geannuleerd. Geen reden, geen alternatief. Coby heeft ook een app gestuurd met de vraag of we al vertrokken zijn en ik antwoord dat onze vluchten zijn geannuleerd. Ze geeft aan dat Turkish airlines niet meer op Nederland mag vliegen en ook meer Europese steden zijn dicht voor bepaald vliegverkeer. Was ik nu maar niet het eigenwijze nichtje geweest. Twee dagen offline en de wereld blijkt intussen op zijn kop te staan. Ik vind het echt balen maar heb vooral met haar en al die mensen in de reiswereld te doen. Zij gaan het zeker heel zwaar krijgen. Hoe gaan ze hier bovenop komen? Ondertussen kruipt een mooie lieve zwarte poes naast mij als mijn pasta geserveerd wordt. Onder de stoel verzamelen zich ook nog een paar poezen die ik het grootste deel van mijn pasta geef. Ik ben duidelijk toch zenuwachtig aan het worden. Eerst meer duidelijkheid krijgen en dan komt de trek wel weer. Op advies van het er naast gelegen reisbureau vertrek ik zo snel mogelijk naar het vliegveld waar ik na het inleveren van de huurauto op zoek naar informatie ga.
Op het vliegveld van Muscat heerst gelukkig niet de verwachtte chaos. Een jongen van de informatie verwijst mij door naar een desk waar ik kan kijken of er nu überhaupt vluchten naar Nederland gaan. Dat is wel het geval via Quatar airlines. De kosten zijn rond de € 385,-. Ik kies er voor eerst Turkish airlines af te wachten. De aardige jongen van de informatiedesk loopt nog naar mij toe om te vertellen dat de medewerkers van deze Airline er rond 23:00 uur weer zijn. Ik loop alvast naar balie E6 en E7 waar ze zullen arriveren om te zorgen dat ik vooraan sta als de chaos straks vast en zeker losbarst. De rij achter mij wordt al snel langer en langer. Eén ding is zeker, tijd is nu van groot belang. Ik heb weinig zin vast te komen te zitten op dit vliegveld van Muscat of Istanbul. Als de medewerkers van Turkish airlines rond 23:25 arriveren word ik al snel geholpen. Ze geven aan dat de vlucht inderdaad geannuleerd is maar dat we gewoon met de volgende vlucht naar Istanbul en Amsterdam meegaan. Eerst zien dan geloven, want er zijn tegenstrijdige berichten. Het duurt zeker een half uur maar dan heb ik de tickets en een voucher voor de business line te pakken. Er wordt geen duidelijke reden gegeven voor de annulering (iets van een besluit vanuit Istanbul waar ik het mee kunnen doen), maar ik ben allang opgelucht.
Zondag 15 maart
Inmiddels is de volgende dag aangebroken en loop ik richting de business lounge op de vijfde etage. Hier wordt eten en drinken aangeboden. Er staan ook heerlijke bankjes waar je languit op kan gaan liggen. Ik probeer hier zonder succes wat te slapen. De harde airco en de medewerkers die je aan het werk hoort, houden mij toch uit een slaap waar ik wel heel erg aan toe ben.
Het vliegtuig, dat nu zo goed als vol is, vertrekt inderdaad en ook nog op de geplande tijd dus dat betekent in elk geval een stuk de richting van Europa op. Of we daadwerkelijk vertrekken naar Amsterdam moet ik nog zien maar met onze boardingtickets op zak heb ik goede hoop. En anders krijg ik hopelijk een ticket aangeboden naar één van de buurlanden. Dat zou dan de UK kunnen zijn, want voor België en Duitsland schijnen dezelfde maatregelen te gelden als Nederland. De Oostenrijkers van het restaurant waar we contact mee hebben gehouden zitten links van mij. Daar tussen nog twee mensen die waarschijnlijk alleen reizen. En dan komen ook de Duitsers binnen die ik heb leren kennen in het Sama Heights resort in Jebel Shams. We zijn verrast elkaar op deze vlucht weer te ontmoeten. Ze nemen plaats achter de Oostenrijkers. Het is wel heel toevallig allemaal. Of ook weer niet als in één dag alle toeristen een land uit moeten. Gelukkig geen mensen direct om mij heen die hoesten of niezen. Een stuk achter mij is dit wel het geval en ik vraag mij af of een eventueel corona virus vanuit daar mij weet te bereiken. Ik vrees van wel. Eerder vond ik het niet zo heel erg spannend al waren we wel voorzichtig tijdens onze reis en bleven we goed op afstand. Ik vermoed zelfs dat het tijdens mijn reis veiliger was door alle ruimte die ik had in Oman. Met alle heftige berichten uit Italië en de ingrijpende besluiten die voor de luchtvaart worden gemaakt, wordt het toch wel spannend.
Hoe het ook loopt met het virus, ik heb nog net met een geweldige timing een hele mooie en bijzondere reis achter de rug. Met genoeg foto’s in de camera en mooie herinneringen in mijn hoofd ben ik in de ochtend weer terug in ons kikkerlandje.